Een hospitaalboot en een warmste week

De herfstvakantie is voorbij, maar heel binnenkort is het kerstvakantie. Wat doen we dan? Een weekje naar de Kanarische eilanden? Of Thailand, is dat niet te ver? Of zijn we tevreden met een citytrip, München bijvoorbeeld?

Wel ja, we hebben het goed. We kunnen op reis, en het is ook nodig er even tussen uit te zijn, om alle stress van het werk te vergeten en het ellendige nieuws over de rest van de wereld. We leven ver weg van Oekraïne, van Palestina, van Myanmar, van Soedan, van Oost-Kongo. Jemen? Waar ligt dat?

Echt? Zijn er mensen die onder de parasol met een drankje in staat zijn om níet aan de oorlogen, de moorden, de honger en de miserie te denken?

In wat voor wereld leven we?

De cijfers die Hamas geeft over het aantal slachtoffers zijn moeilijk te checken. Alsof het probleem minder erg zou zijn als er slechts acht in plaats van tienduizend doden vallen? Kan iemand zich voorstellen wat het betekent als je huis gebombardeerd wordt, als je zonder hebben en houwen met je kinderen aan de hand ‘naar het Zuiden’ moet trekken, onder een blijvende bommenregen? Weet iemand wat het is om met duizenden opeen gepakt in een school of een hospitaal dekking te zoeken?

Weet iemand wat het betekent om kerst en nieuwjaar in de loopgraven door te brengen, aan welke kant je ook vecht, met angst voor drones en met als enige doel een honderdtal meter meer te ‘veroveren’? We zagen toch al die films over de eerste en de tweede wereldoorlog, wat zou het verschil zijn vandaag? Je vader, je man, je zoon verliezen, denkt iemand dat het ‘elders’ minder zwaar is? Als in Oelegem een naakte man over straat loopt krijgen kindjes psychologische ondersteuning, maar wat moeten we met de levenslange trauma’s van wie echt geweld heeft meegemaakt?

We spreken – terecht – over Apartheid en over genocide maar kan iemand er zich heel concreet nog iets bij voorstellen? Of vragen we gewoon een ander drankje?

In wat voor wereld leven we?

Eén miljard mensen in deze wereld lijdt honger, kan onvoldoende eten bemachtigen om een gewoon leven te lijden. Zestig procent van de werkende bevolking heeft geen arbeidscontract, heeft geen sociale bescherming. Kan niet naar de dokter en de kinderen kunnen nauwelijks naar school. In Acapulco zijn ettelijke kapiteins verdronken tijdens de storm van vorige week, omdat ze op het yacht van hun baas moesten letten die zelf veilig en warm in Mexico City naar televisie zat te kijken. Drieduizend miljardairs betalen minder dan 1 % belasting op hun vermogen. In geen enkel land is er genoeg geld voor een degelijke sociale bescherming, voor openbare diensten, voor huizen om daklozen op te vangen. Zeven duizend zijn er in Brussel. De topvrouw van Solvay krijgt een bonus van twaalf miljoen Euro en betaalt daar nauwelijks 19.864 euro sociale bijdragen van. Soberheid.

In wat voor wereld leven we?

De Rio Negro, een bijrivier van de Amazone, staat droog. Titicaca loopt leeg. De Rio Bravo is niet meer dan een gracht. Half Canada is afgebrand. De Pas de Calais staat onder water. Waarom zouden TotalEnergie en ExxonMobil geen olie meer mogen pompen?

Want dat is de wereld waarin we leven: bedreigd, met botsen en heel veel builen, maar politici kijken de andere kant op, waarom zouden wij dat ook niet doen? De wereld draait door, draait dol, draait gek. En wij maar lachen. En genieten. Wrang, af en toe, maar zelfgenoegzaam, altijd. Ons gaat het goed. Wij werken hard. Wij verdienen rust. En ontspanning. Hoe lang nog?

De Westerse leiders pleiten vandaag voor ‘humanitaire hulp’ aan Gaza. De Wereldbank pleit voor ‘armoedevermindering’. Dat is de logica zelve. Je creëert dood en verderf maar staat klaar met een hospitaalboot. Je neemt mensen hun grond en hun levensonderhoud af, maar staat klaar met een aalmoes. Met een warmste week.

We laten het allemaal gebeuren, we blussen de wereldbrand met een gietertje. Het is altijd beter dan niets doen, zo wordt dan gezegd. Is dat zo?

Dertigduizend mensen op straat in Brussel in solidariteit met Palestina. Dat doet deugd. Kan er iets veranderen als het er driehonderdduizend worden?

Feminisme in het China van Xi

Artikel in het Italiaans, maar U kan het zo vertalen naar het Nederlands, het feminisme heeft nog een lange weg te gaan zo te zien…

Squilli di tromba nella Grande sala del Popolo di Pechino: la settimana scorsa è andato in scena il XIII Congresso nazionale delle donne, evento quinquennale. Come riferisce l’agenzia Xinhua «alle 10 del mattino il presidente Xi Jinping, anche segretario generale del Comitato centrale del Partito comunista e presidente della Commissione militare centrale è entrato in aula con altri dirigenti tra applausi entusiasti delle 1.800 delegate e di tutti i presenti». image   Basterebbe una foto diffusa dall’agenzia statale per riassumere l’adunata: al tavolo della presidenza sette uomini vestiti di nero, con Xi al centro naturalmente. Dietro, in secondo piano, le delegate di spicco. Non ci sono compagne nel Politburo del Comitato centrale comunista, composto da 24 uomini e guidato dai magnifici sette del Comitato permanente, quelli che appunto erano seduti al tavolo con alle spalle le schiere di compagne sorridenti e plaudenti come da copione. È la prima volta in vent’anni che non c’è nemmeno una donna nel Politburo. Ma di questo non si è parlato nei discorsi al Congresso delle donne. Nondimeno, il leader supremo nel suo intervento ha esaltato «l’avanzamento della causa femminile». E subito ha aggiunto che questo progresso «non solo facilita lo sviluppo individuale delle donne, ma promuove anche la famiglia e l’armonia sociale… è necessario rafforzare la guida delle prospettive giovanili verso il matrimonio e la procreazione». Xi ha chiesto alle federazioni femminili sul campo di «affinare e mettere in pratica le politiche a sostegno della maternità». E ancora: «Dobbiamo attivamente sostenere un nuovo tipo di matrimonio e di cultura della natalità», i funzionari di Partito debbono formare i giovani su «amore e matrimonio, fertilità e famiglia»…(l’articolo completo sul sito del Corriere).

Machteloos? Of toch niet?

Wat opnieuw zo hard binnen komt: de ‘civil society’, de sociale bewegingen, ‘de mensen’, ze hebben geen enkele macht. In de jaren ’80 kwamen er in Brussel honderdduizenden op straat tegen de raketten. ’s Avonds stonden die raketten er. In 2003 kwamen we met miljoenen mensen op straat tegen de oorlog in Irak. De oorlog begon. In 2023 komen we met miljoenen mensen op straat tegen de oorlog in Gaza. We stoppen niet, zegt Netanyahou. Goed zo, zegt President Biden. En veel Europese regeringen onthouden zich bij een resolutie over een staakt-het-vuren.

Wat scheelt er dan? Misschien dat we geen enkele organisatie hebben die sterk genoeg is om iets echt af te dwingen. Of toch wel, één: de vakbonden. En ook dat we geen instrumenten hebben om onze eisen kracht bij te zetten.

Ik zie maar twee mogelijkheden: de internationale vakbondsbeweging die de export van wapens naar de oorlogsgebieden blokkeert. En die beweging moet uiteraard werken met steun van andere sociale bewegingen.

Een tweede mogelijkheid is de optelsom van individuele acties: stoppen met belastingen betalen. Het is met ons belastingggeld dat wapens worden gekocht, véél belastinggeld. Het betekent dat er wordt bespaard op sociale diensten, op alles wat nodig is om mensen goed te laten leven.

Heb ik iets over het hoofd gezien?

Newspeak?

Tientallen jaren etnische zuivering, kolonisering en bezetting. Het verzet daartegen heet ‘terrorisme’.

‘Terrorisme’ en de oplossing daarvoor heet ‘terugkeerbeleid’.

‘We willen het morele kompas zijn’, zegt Biden, en hij geeft miljarden aan Oekraïne en Israël. En het Zuiden? Zuid-Soedan? Somalië? Haïti?  Honger in de wereld? Schuldenlast?

Internationale dag tegen de armoede vandaag en … geweld

Arme mensen verdienen in eerste instantie begrip en vooral geen aalmoezen. Dat begrip houdt in dat we beseffen dat armoede in eerste instantie ook een politiek probleem is. Wie pakt dat aan?

Hetzelfde geldt voor het grote thema van vandaag: ‘terrorisme’ en geweld in het Midden-Oosten en in België. Dat is geen humanitair probleem dat humanitaire hulp en humanitaire corridors vereist. Het is een politiek probleem. Zéér politiek. Wie pakt dat aan?

Aalmoezen en liefdadigheid en morele hulp: ze zijn nuttig maar lossen niets op.

G77+China

In Havana, Cuba, had dit week-end de top van de G-77 + China plaats. De G77 is een club van nu 134 ontwikkelingslanden die in de V.N. een eigen groep vormen en er als dusdanig hun stem kunnen laten horen. Met China erbij vertegenwoordigen ze 80 % van de wereldbevolking.

Ze hebben zich voorbereid op de belangrijke topvergaderingen die later deze maand in de V.N. in New York zullen plaats vinden. Secretaris-Generaal Guterres was op de top van de G-77 aanwezig.

Sommige landen, zoals Mexico, hebben verklaard opnieuw lid te willen worden van de club. Mexico is nu lid van de OESO en had als gevolg daarvan de G-77 in 1994 verlaten.

De G-77 pleit voor een nieuwe wereldorde, aansluitend bij wat ook op de top van de BRICS landen in Johannesburg is gezegd.